maandag 8 mei 2017

Geboren uit een reeds overleden moeder, hoeveel kansen heb je dan om te overleven

Aktes geven je soms meer vragen dan dat ze antwoorden geven. Dat geld ook voor de 3 volgende aktes. Het is het jaar 1862 en het dorp is Wervershoof. Akte 6 in het overlijdensboek vermeldt het overlijden van Grietje Sijm 37 jaar en echtgenote van Maarten Boon op 9 april 's nachts om 01.00 uur. Grietje heeft op het moment van overlijden 2 dochters genaamd, Maartje en Grietje.




 Maar nu komt het, op het moment van overlijden is Grietje hoogzwanger van een tweeling. Deze tweeling wordt levenloos geboren op 9 april 's nachts om 03.00 waarbij   wordt vermeld dat de moeder reeds overleden is. Zie de akte 7 en 8. Nu was het zo dat de vroedvrouw geen keizersnee mocht uitvoeren, zij mocht alleen de bevalling doen en als er complicaties waren moest de heel- en vroedmeester erbij gehaald worden. Maar waarom wordt de tweeling dan pas twee uur later geboren, hoorden ze nog één of twee hartjes kloppen? Want als dat niet zo was waarom hebben ze die kinderen dan gehaald? Ze hadden dan maar één begrafenis gehad in plaats van drie. In begraafboeken kom je ook weleens tegen dat de moeder begraven wordt met haar ongeboren kind. Veel vragen dus bij deze overlijdens en antwoord zal er nooit op komen. Het gaat trouwens nog slechter met dit gezin in december van her zelfde jaar overlijdt dochtertje Maarten en in januari van het jaar erop (1863) overlijdt Maarten Boon, alleen dochter Grietje word volwassen, trouwt en krijgt een kind maar zal als zij 33 jaar is ook overlijden.






Geen opmerkingen: